Driespad (Rotselaar)

Kort

Een dries of groen dorpsplein (in Engeland: een green) was een gemeenschappelijke open ruimte waarrond de hoeven werden gegroepeerd.

Duiding

Met deze straatnaam belanden we bij het ontstaan van de dorpskom van Rotselaar. Voor er van de dorpskern al sprake was, telde het grondgebied van Rotselaar enkele vroegmiddeleeuwse nederzettingen: Dieve (een voorgermaanse naam) langs de Drielindenstraat, Bexem in de Heikant (Demerstraat) en Ophem (aan de molen) en Neerhem in de Lozenhoek. De plaatsnaam Rotselaar betekent: ‘Hrôthso’s laar’, het laar van Hrôtsho, de vleivorm van de Germaanse naam Hrôtho. Een laar was een open, gemeenschappelijk gebruikte plek in een bos. Ook Vlasselaar is zo’n laar-naam.

Al vóór het einde van de tiende eeuw ontstond aan dat laar een nieuwe nederzetting. Die nam de vorm aan van een plein- of driesnederzetting. Zo een dries of groen dorpsplein (in Engeland: een green) was een gemeenschappelijke open ruimte waarrond de hoeven werden gegroepeerd. Op die dries werd het vee van de dorpsgemeenschap verzameld alvorens het naar de weidegronden werd gedreven. Al voor 1044 werd in het midden van deze publieke dries een kerk gebouwd.

De oorspronkelijke dries van Rotselaar was met zijn 350 meter lengte veel groter dan het huidige, kleine dorpsplein: het Driespad was de noordelijke grens; en in het zuiden kwam de dries tot tegen de Vijfde Liniestraat. Al voor ca. 1440 was de dries, onder druk van de groeiende bevolking, grotendeels verkaveld, en werd het plein gereduceerd tot zijn huidige omvang.

Informatie: dr. Bart Minnen, historicus verbonden aan de KU Leuven.